In mijn vorige blog las je al over de uitdaging genaamd trein, maar toen uiteindelijk alle kruitdampen voor wat betreft het ‘treingedoe’ waren opgetrokken, reden we, uitgerust en mooi op tijd het station van Schruns binnen.
In Oostenrijk was het nog volop zomer want de temperatuur wees om half zes in de middag nog ruim 30 graden aan. Heerlijk strak blauwe lucht, krijg je meteen vakantiegevoel van.
Nu ‘alleen nog maar naar ons appartement. Dat dat ’alleen nog maar’ naar ons appartement de nodige zweetdruppels zou opleveren, dat wisten we van tevoren, want we wisten dat ons appartement op iets boven de 800 meter lag, terwijl Schruns op 690 meter lag. In de omschrijving wordt dat dan zo mooi omschreven als ’iets boven de dorpskern gelegen’.
Die meer dan 100 meter hoogteverschil moest overbrugt worden binnen 700 meter, oftewel een gemiddeld hoogteverschil van 14 a 15 %. Ter vergelijking; steilste stuk van Alpe d’Huez is 11 % (en oke, wel een stukje langer;-)).
Nu zeggen die percentages van tevoren wel iets, maar het zijn maar percentages. In het echt merkten we pas hoe steil 14% is, helemaal als je, zoals S. en ik, allebei een koffer hebt mee te zeulen, en alvast de eerste boodschappen…
Lui zweet
Als je zo’n koffer omhoog zeult, merk je pas hoeveel lui zweet er in een lichaam zit, of laat ik het persoonlijk houden, hoeveel zweet er in mijn lichaam zit… En dan had ik ook de wetenschap dat ik sowieso twee weken lang, los van voor de tochten die we gingen maken, elke ochtend weer naar beneden en weer naar boven zou moeten om bij de bakker in het dorp verse broodjes te halen.
Ach ja, een mooie work-out, en een goede schop onder mijn kont om in Nederland het hardlopen weer serieuzer op te pakken… Dus voordat ik vanochtend aan dit blog begon, heb ik maar meteen mijn hardloopschoenen maar weer aangetrokken, en ben ik door de buitengebieden van Houten gaan hardlopen., maar ik dwaal af; stijgingspercentages…
Dat het altijd erger kan, zag ik die weken op TV. Want terwijl wij in Schruns waren, was in Spanje de Vuelta, oftewel de Ronde van Spanje bezig. En daar wisten ze de wielrenners soms stijgingspercentages van 25% voor te schotelen, en dat kilometers lang…
Hochjoch
Ons huis lag op de flanken van de Hochjoch, een berg van ongeveer 2.500 meter. De weg naar ons appartement ging na ons appartement nog doodleuk eindeloos steil verder een bos in.
Meer dan regelmatig zagen we daarom mountainbikers omhoog en omlaag komen. Vooral als ze naar beneden kwamen, hoorden we ze vaak al van verre aankomen, aangezien het piepen van de remmen een geluid is dat niet valt te missen. Voor ons appartement was een haakse bocht dus tenzij iemand zelfmoordplannen had door over de vangrail te willen kieperen, moest je daar wel afremmen.
Remmen
Ervaren mountainbikers wisten precies waar ze moesten remmen, maar de meesten mountainbikers waren duidelijk toeristen, die voor het eerst op zo’n fiets zaten, of die nog nooit echt in de bergen waren geweest. Die zagen toen ze het bos uitkwamen zoeven opeens een haakse bocht in de verte opdoemen, dus die begonnen meteen krampachtig in de remmen te knijpen.
Maar in de twee weken dat we in Schruns waren, hebben we los van wat kleine schuivers, gelukkig niemand over de vangrail zien duiken, dus afgezien van versleten remblokken liep dat met een sisser af.
De fietsers omhoog waren ook boeiend. Zoals ik al zei was het erg stijl en de weg ging in ook na ons appartement nog een heel stuk met een zelfde percentage omhoog. Sommige fietsers zag je, voor zover dat op zo’n weg mogelijk is, soepeltjes met het kleinste verzet heel langzaam omhoog rijden, terwijl je anderen over de weg zag zwalken, omdat ze hun versnelling niet konden ronddraaien.
En ja, sommigen zag je ook naar boven lopen met de fiets aan de hand.
E-mountainbikes
Wat opviel qua fietsen was dat minstens driekwart, als het al niet meer was, van die mountainbikes bestond uit e-mountainbikes, oftewel de elektrische variant. Naast de bakker beneden in het dorp zit een fietsverhuurbedrijf, en ook daar hadden ze vrijwel alleen e-mountainbikes.
Niets eens zo gek, aangezien de wegen in de omgeving heel steil zijn, en je, tenzij je echt geoefend bent, die wegen vrijwel niet zelfstandig omhoog komt. Met een e-mountainbikes, kom je dan toch nog fietsend omhoog, en kun je naar beneden.
Slim ook dat ze daar in de regio inspelen op het feit dat de gemiddelde fietser echt niets fietsend zo’n berg opkomt, en door de e-versie te verhuren, ze het gebied voor een veel grotere groep aantrekkelijker maken. De kick voor de meesten is toch om met verstand op nul zo’n berg af te suizen, en niet om zich een hartverzakking te trappen in een poging die berg op te komen.
Samen gaat het beter
Ik kom al jaren in de bergen en zeker de laatste jaren zie ik steeds duidelijker dat bergregio’s zich, gedwongen door de klimaatveranderingen oftewel het verdwijnen van de sneeuwzekerheid, omvormen van pure wintersportgebieden, naar gebieden waar je ook zomers en in het najaar heel goed kan verblijven. En dan proberen ze niet zoals hier nog vaak het geval is, als afzonderlijke gemeente het wiel opnieuw uit te vinden qua toerisme, maar profileren ze zich heel duidelijk als regio.
In de regio waar S. en ik dit jaar waren, de Montafon-regio, zag ik daar heel veel goede voorbeelden van: goede duidelijke bewegwijzeringen, via brochures en websites een veelheid aan informatie over wat er in het gebied te doen is, waar je aan moet denken en nog veel meer. Goed openbaar vervoer dat ook op elkaar is afgestemd zodat elk dorpje, hoe klein ook, bereikbaar is. Maar ook hele praktische zaken als een kaart waarmee je toegang hebt tot alle kabelbanen en OV, of bijvoorbeeld dat er op heel veel plekken veel plaatsen gratis, schone wc’s zijn.
Gevolgen klimaatveranderingen
Als je vaak in de bergen komt, dan zie je heel duidelijk dat die klimaatverandering geen verzinsel is maar bittere realiteit. Om de zoveel jaar kom ik in het gebied rond de Aletschgletsjer in Zwitserland, en elke keer zie ik weer hoe sterk die gletsjer zich dan weer is geslonken in vergelijking met de vorige keer. En dat het ook voor dorpen concreet gevaar gaat opleveren werd tijdens onze vakantie ook twee keer duidelijk.
Ik zag beelden van een dorpje in Zwitserland waar een rots boven het dorpje instabiel was geworden, en naar beneden was komen zetten, met iets van 10 doden, en veel schade in dat dorp tot gevolg.
En nog dichterbij voor mezelf; mijn eerste bergvakantie jaren geleden was in het Saas dal. Twee weken geleden kwam opeens het nieuws dat een gletsjer boven een van de Saasdorpen op instorten stond en dat het dorp bedreigd werd. Gelukkig is dat dorp gespaard gebleven, maar het maakt wel weer duidelijk dat die klimaatverandering geen ‘fake-news’ is, zoals Trump en vrienden beweren, maar dat het meer en meer zichtbaar wordt .