Tijdens de vakantie van S. en mij waren er een paar keer dingen waarvan ik dacht typisch…
Typisch (1): Concentratie
Deze vakantie liepen we regelmatig boven de 2.500 meter. Sommige ‘paden’ waren niet meer dan rotsblokken en geregeld liepen we over een graat, met dus aan beide kanten niets dan lege diepte om ons heen. Op sommige stukken was ik me er goed bewust van dat als ik daar een misstap zou maken, ik zo een paar honderd meter naar beneden zou stuiteren. Niet echt een aanlokkelijke gedachte, dus concentratie was daar altijd wel aanwezig, en zonder problemen haalden we een aantal bergtoppen.
Wat dan weer typisch is, dat terwijl ik daar dan wel zonder problemen overheen kom, ik vervolgens op een soort van veredeld bospaadje met mijn concentratie overal ben, behalve op de plek waar we lopen, met als gevolg dat ik onderuit ga, en ik even later twee gekneusde ribben en wat schaafwonden rijker ben.
Rare is dan vervolgens wel dat ik er de dagen erna eigenlijk het minste last van had als we lekker door de bergen liepen, terwijl als ik in bed lag, mijn linker kant een no-go area was, aangezien ik anders de volgende dag niet wist hoe ik een beetje normaal kon zitten zonder het te voelen.
Typisch (2): Afval
Af en toe lees ik wel eens dat er in Nederland ergens een zwerfafvalinzamelactie was en dat er dan met trots wordt aangegeven dat er een x aantal ton zwerfvuil is verzameld.
Vlakbij waar wij waren, in Bettmeralp, hadden ze ook zo’n zwerfvuilactie. Je zag daar inwoners van dat plaatsje lekker met hun kinderen en een vuilniszak door het dorpje en het aangrenzende berggebied struinen om het zwerfvuil te verzamelen. Toen we aan het eind van de middag door dat dorpje liepen, zagen we daar het resultaat van een dag zwerfafval rapen in Bettmeralp: als ik het heel ruim neem, lagen er welgeteld vijf vuilniszakken met zwerfvuil, waar dan ook wat afgebroken markeringspaaltjes bij zaten.
Toch wel typisch dat als je in Nederland op plekken waar veel mensen bij elkaar komen, het altijd een bende is na afloop, terwijl het daar totaal niet is.
Typisch (3): Slakkengang
De eerste twee dagen dat we in Fiesch waren hadden we regen, en een keer was er in de namiddag wat miezerregen. Wat ik toen zo typisch vind, was dat op het grasveldje achter ons chalet er als het droog was, geen slak was te bekennen, terwijl als het begon te regenen er binnen no-time meer dan twintig van die slakken rond kropen. Geen idee waar ze opeens die snelheid vandaan haalden, want toen het weer droog was deden ze over een stukje van nog geen 10 cm een half uur.
Vakantie
De avond valt over Fiesch; de temperatuur is nog heerlijk en dus zit ik buiten lekker op een stoel wat voor me uit te turen en half in mijn e-reader te lezen.
In de verte zie ik het bergtreintje zich langzaam een weg banen richting het volgende dal. Vanuit iets verderop in de vallei stijgen geregeld kreten op van kinderen die zich meer dan vermaken op een vakantiepark. Een vogel probeert een worm uit de grond te pikken, maar die worm is niet van plan zich zomaar gewonnen te geven. In de lucht glijden wolken over elkaar heen en vormen de meest onmogelijke figuren
Wil je nog koffie?
Wat is vakantie toch heerlijk, en wat is de realistische buitenwereld toch ver weg…